V200
De Baureihe V200, na 1968 bekend als V220, is een Dieselhydraulische locomotief bestemd voor personen- en goederentreinen bij de Deutsche Bundesbahn (DB).
Met de bouw van de V200 is er een einde gekomen aan de ontwikkeling van nieuwe stoomsneltreinlocomotieven.
Na de ontwikkeling van de V200 zijn van de stoomloc serie BR10 nog maar 2 exemplaren gebouwd.
History....
In verband met een gebrek aan grote lijndiesellocomotieven bij de Deutsche Bundesbahn werd in 1953-1954 een proefserie van vijf locomotieven ontwikkeld en gebouwd door Krauss-Maffei in München.
In 1956 kwam de serie productielocomotieven bij MaK en Krauss-Maffei gereed.
Deze locomotieven werden voornamelijk op niet geëlektrificeerde hoofdspoorlijnen ingezet ter vervanging van de nog volop aanwezige stoomlocomotieven.
De V200 001 maakte haar eerste testrit op 20 mei 1953 bij de Krauss-Maffei fabriek in München.
Na een uitgebreide testritten serie van de prototypes 001-005, werden deze in 1954 gestationeerd in het depot Frankfurt-Griesheim.
Tussen 1956 en 1957 zijn de serie locomotieven 006-055 gebouwd door Krauss-Maffei en MaK.
De locomotieven die gebouwd waren door MaK waren gemakkelijk te herkennen. De aluminium V-streep op de neus had een wat met minder uitgesproken punt en liep wat schuiner.
Later zijn deze strips verwijderd en werd het gecorrigeerd door het schilderwerk.
Met de bouw van de 2e serie is in 1959 gestart door Krauss-Maffei en bestond uit 31 stuks, 056-086.
Ook deze serie was makkelijk te onderscheiden van de voorgaande serie, omdat aan de zijkant niet meer de letters "DEUTSCHE BUNDESBAHN" stonden maar het logo van de DB.
De locomotieven met twee motoren hadden veel onderhoud nodig. Iedere motor dreef een hydraulische overbrenging aan.
In 1968 introduceerde de DB de computernummering en weren de locs hernummerd naar 220 001-2 - 220 086-3 (voormalige V200.0 serie) en 221 101-9 - 221 150-6 (voormalige V200.1 serie).
In de jaren zeventig is er een blauw/beige kleurstelling ingevoerd.
Van de serie V200.0 werden slechts drie locomotieven geschilderd in deze blauw/beige laverei: 012, 023 and 060.
Drie kwart van de serie V200.1 heeft ook deze kleurstelling gekregen.
Sinds 1977 werd er de voorkeur aan gegeven om bij lichte treinen en losse locomotief niet twee motoren, maar één motor te gebruiken.
In de jaren tachtig werden zeven locomotieven verkocht aan de Schweizerische Bundesbahnen (SBB) als Am 4/4 met de nummers 18461-18467.
Deze locomotieven werden onder meer met goederen- en diensttreinen ingezet.
In 1997 werd de laatste locomotief afgevoerd en aan een particulier in Duitsland verkocht.
Ook werden een aantal locomotieven verkocht, onder meer aan:
de Albanese spoorwegmaatschappij Hekurudhe e Shqiperise (HSH)
de Italiaanse spoorwegmaatschappij Ferrovie Emilia Romagna (FER)
de spoorwegmaatschappij Heitkamp en werd gebruikt bij de aanleg van een spoorlijn in Saoedi-Arabië
Drie locomotieven werden nog in het kleurschema oranje-blauw/beige geschilderd.
In 1984 werd de 220 013 als laatste locomotief buiten dienst gesteld.
Techniek en constructie.
De locomotief heeft een stalen frame. De tractie-installatie is uitgerust met twee Dieselhydraulische aandrijving overbrengingen die men kan beschouwen als een soort van slipkoppeling, omdat een dieselmotor in tegenstelling tot een stoommachine of een elektromotor alleen voor tractie kan zorgen als hij draait.
Elke unit van motor en overbrenging zijn via cardanassen verbonden met de drijfwielen.
Een kleine ingebouwde stoomketel zorgt voor het verwarmen van personen rijtuigen met stoomverwarming.
Het aandrijven met behulp van een dieselelektrische overbrenging kwam in West-Duitsland niet zoveel voor bij diesellocomotieven, hydraulische overbrenging was in die tijd veel gangbaarder.
De serie V200.1 (V200 101 t/m V200 150) lijkt erg veel op de V200 en is in wezen een verdere ontwikkeling van dit type loc.
Het grootste verschil zat hem in het vermogen van de motoren. Deze werd verhoogd van 2 x 809kW naar 2 x 883kW
Technische gegevens
V200 (V220) | |
---|---|
V200 033 op 15 augustus 2007 te Fürth
|
|
Aantal | 86 |
Nummering | V200 001-005 (proefserie) V200 006-086 (serie) |
Fabrikant |
Krauss-Maffei: 66 MaK: 20 |
In dienst | 1953, 1956-1959 |
Uit dienst | 1984 |
Asindeling | B'B' |
Spoorwijdte | 1435 mm (normaalspoor) |
Massa | 80 ton |
Aslast | C (20 ton) |
Lengte over buffers | 18,530 m (proefserie) 18,470 m (serie) |
Breedte | 3,08 m |
Hoogte | 4,16 m |
Maximumsnelheid | 140 km/h |
Overbrenging | dieselhydraulisch |
Vermogen | 2 x Daimler Benz; 809kW of 2 x MAN; 809kW of 2x Maybach; 883 kW |
Tractiemotoren | 2 |
Motorfabrikant | Daimler Benz type MB 820 Bb MAN type L 12V 18/21 Maybach type MD 650 |
Inhoud brandstoftank | 3300 liter (brandstofmotor) 1000 liter (brandstofverwarming) |
Treinbeïnvloeding | Sifa, PZB90 |
Treinradio | Zugbahnfunk |
Remsysteem | * directe luchtdrukrem ** proefserie: Knorr, enkelvoudig losbaar ** serie: Westinghouse, meervoudig losbaar * indirecte luchtdrukrem |
Remopschriften | K-GPR mZ (proefserie) WS-GPP2R mZ (serie) |
Treinverwarming | Stoom |
Bron: Wikepedia.org